Smart Government: nieuw denken en doen in de datasamenleving (Financieel Dagblad, 2015)

“Smart” is in rap tempo één van de populairste voorvoegsels aan het worden binnen de wereld van overheid en ICT. Die aandacht is terecht, want door nieuwe technologische ontwikkelingen ontstaat er een datasamenleving, waarin een overheid “slim” haar rollen moet zien te vervullen.

Op dit moment zijn vooral steden zich bewust van de kracht van deze nieuwe ontwikkelingen. Onder de noemer “smart city” lopen wereldwijd diverse projecten om te werken aan een beter leefbare stad voor burgers en bedrijven. Ook binnen Nederland zijn diverse steden actief. Hoewel de concrete opbrengsten nog beperkt zijn, is er wel sprake van een duidelijke nieuwe beweging.

Ook op andere bestuurlijke domeinen dienen de veranderingen zich aan, zoals de volgende voorbeelden illustreren:

  • Gezondheid: smartphones worden steeds meer “healthdevices”. Iedereen kan steeds uitgebreider zijn eigen medisch dossier aanleggen. Dit gaat vergaande gevolgen hebben, niet alleen voor de klassieke rolverdeling tussen patiënt en zorgprofessional, maar ook voor de wijze van verzekeren en de ontwikkelingen en toepassing van medicijnen.

  • Mobiliteit: de meest actuele route-informatie is steeds meer op maat gesneden en afkomstig van private providers. De komst van zelfsturende auto’s zal hier een geheel nieuwe dimensie aan toevoegen, met een exponentiële groei aan mogelijkheden voor communicatie en dataverzameling. Dit gaat ons beeld op vervoer drastisch veranderen, en wie weet, betekent het op korte termijn het einde van de wegbewijzering zoals we die al sinds de tijd van de Romeinen kennen.

  • Veiligheid: verouderde opsporingstechnieken leiden tot een onbevredigend aantal opgeloste misdrijven. De politie zal steeds meer behoefte hebben aan digitale Sherlock Homes, die door data te crunchen dieven weten op te sporen, op straat of in cyberspace.

De overheid heeft verschillende rollen bij deze transformatie. Enerzijds zal zij deze ontwikkelingen moeten stimuleren en faciliteren, vooral door samenwerking met het bedrijfsleven, kennisinstituten, maatschappelijke instellingen en burgers op te zetten. Waar nodig zal ook regulering plaats moeten vinden, bijvoorbeeld rondom vraagstukken als privacybescherming en cybersecurity.

Daarnaast is de overheid ook zelf gebruiker van deze nieuwe technologieën en beschikbare data. Dit gaat forse veranderingen met zich meebrengen voor de wijze waarop de overheid functioneert. Het blijft daarbij niet bij nieuwe vormen van dienstverlening of toezicht of inspectie. Ook het primaire proces van beleid maken en besluiten nemen, zal door zaken als big data en bijbehorende analytics andere vormen krijgen. Interessante vraag daarbij zal zijn of en hoe de overheid erin slaagt de beschikking te krijgen over data, die burgers en bedrijven straks zelf verzamelen.

De nieuwe datasamenleving vraagt nadrukkelijk om een politieke visie. Deze visie moet niet alleen de kansen in maatschappelijk en economisch opzicht benoemen, maar ook nadrukkelijk oog hebben voor de wijze waarop de overheid haar rol binnen die samenleving kan vervullen.